Een bindende overeenkomst zonder handtekening, kan dat?


 

Het komt vaker voor dan je denkt: iemand doet zaken met een andere partij zonder dat daar een getekende overeenkomst over wordt opgemaakt. Betekent dit dat je de uitvoering van de overeenkomst niet kunt afdwingen? Of dat je nog onder het contract uit kunt? ‘De ander kan mij niets maken, want ik heb niets ondertekend’, is de redenering die je dan vaak hoort. Toch klopt die niet. Een bindende overeenkomst kan op vele manieren tot stand komen: schriftelijk, mondeling of zelfs via gedrag. Alleen zal je meestal een schriftelijk bewijs nodig hebben als het tot problemen komt. Deze blogpost maakt je wegwijs in de do’s en don’ts op het gebied van overeenkomsten.

Wanneer is er sprake van een overeenkomst?

Volgens ons burgerlijk recht is er een contract zodra de partijen overeenstemming hebben bereikt, ook als dat in geen enkele vorm wordt vastgelegd, zelfs niet schriftelijk. Je kan dus ook mondeling tot een geldige overeenkomst komen.

Strikt juridisch ontstaat een overeenkomst wanneer de ene partij een aanbod doet en de andere partij dat aanbod aanvaardt. Een aanbod kan op verschillende manieren tot stand komen, bijvoorbeeld door de andere partij een schriftelijke overeenkomst te bezorgen. Als de andere partij die ondertekent, wordt dat beschouwd als een aanvaarding van het aanbod. Maar het hoeft niet uitsluitend op die manier te gebeuren.

Aanvaarding van een aanbod is vormvrij

De wet schrijft geen enkele vorm voor waarin een aanbod moet worden aanvaard. Zolang het aanbod voldoende concreet is om er op een eenvoudige manier een akkoord op te geven, kan je het op allerlei mogelijke manieren aanvaarden.

Een schriftelijke aanvaarding hoeft dus niet per se de vorm te hebben van een ondertekend contract op papier. Een aanbod aanvaarden kan ook digitaal, en ook dan hoeft het geen formeel contract te zijn. Een e-mail, een sms of zelfs een WhatsAppbericht is ook geldig.

Dfisc Brugge logo

Zelfs mondeling kan je een aanbod aanvaarden. Als iemand je een contract voorlegt en je stemt er mondeling mee in zonder het te ondertekenen, heb je in principe ook een geldig contract.

Ga je niet akkoord met (een deel van) de inhoud van een aanbod, dan laat je dit het beste meteen weten, bij voorkeur schriftellijk, zodat de overeenkomst kan worden aangepast.

Overeenkomst afleiden uit gedrag

Het bestaan van een overeenkomst valt soms af te leiden uit gedragingen. Als een overeenkomst bijvoorbeeld daadwerkelijk wordt uitgevoerd, zouden de gedragingen van de wederpartij opgevat kunnen worden als een aanvaarding van het gedane aanbod.

Als je bijvoorbeeld als aannemer mondeling een prijsvoorstel geeft aan een klant voor het uitvoeren van een bepaald werk, en je begint aan de uitvoering van het werk zonder dat je klant hiertegen protesteert, dan kan dit juridisch worden opgevat als een aanvaarding van het aanbod door de klant.

Hoe bewijs je het bestaan van een overeenkomst?

Als er discussie ontstaat over de inhoud of de voorwaarden van een overeenkomst, moet je het bestaan en de inhoud van de overeenkomst kunnen bewijzen. In dat geval sta je het sterkst met een schriftelijk bewijs. Daarvoor schrijft de wet wél vormvereisten voor.

Sinds november 2020 is het bewijsrecht veranderd. De term ‘schriftelijk bewijs’ impliceert niet noodzakelijk meer een overeenkomst die schriftelijk is opgemaakt en ondertekend is. Het kan ook een e-mail, een sms, een WhatsAppbericht of een Facebookpost zijn. Een handtekening is dus zeker geen absolute vereiste om een overeenkomst bindend te maken. Ook de vermelding ‘gelezen en goedgekeurd’, die velen nog associëren met de ondertekening van een contract, is niet noodzakelijk.

Denk dus goed na over wat je communiceert via e-mail of sociale media. Digitale berichten kunnen namelijk heel gemakkelijk aan een rechter voorgelegd worden als bewijs. Zelfs een foto op sociale media als bewijs van geleverd werk kan al voldoende zijn om het bestaan van een overeenkomst te bewijzen.

Particulieren: schriftelijk bewijs nodig boven 3500 euro

Een mondelinge overeenkomst tussen particulieren kan altijd. Maar als er discussie ontstaat over het bestaan van de overeenkomst en als de inhoud gaat over iets met een waarde van meer dan 3500 euro, moet je een schriftelijke overeenkomst opstellen.

Dfisc juridisch advies - schriftelijk bewijs

Heb je een vordering tegen een natuurlijke persoon? Onder de drempel van 3500 euro is het bewijsrecht vrij. Dat betekent dat je kan bewijzen met alle middelen van het recht: getuigen, vermoedens, WhatsAppberichten, sms’en, e-mails … Voor vorderingen boven de 3500 euro heb je een schriftelijk en getekend stuk nodig als bewijs.

Ondernemers: vrije bewijsvoering, ongeacht het bedrag

Voor overeenkomsten tussen ondernemers onderling is de bewijsvoering vrij en geldt er geen beperking van het bedrag. Zelfs voor overeenkomsten met een waarde van meer dan 3500 euro is een schriftelijk bewijs van de overeenkomst niet verplicht. Je mag dus het bestaan van de overeenkomst ook op andere manieren proberen te bewijzen, bijvoorbeeld met getuigen of vermoedens. Al sta je natuurlijk veel sterker in je schoenen met een schriftelijk bewijs.

Wie moet wat bewijzen?

Hierover is de wetgever heel duidelijk: iemand die iets beweert, moet daarvoor ook het bewijs leveren. Dat bewijs kan een contract zijn, maar evengoed een bericht via e-mail, WhatsApp, sms …

Alleen in buitengewone omstandigheden kan de rechter de tegenpartij verplichten om actief mee te werken aan de bewijsvoering, of de bewijslast zelfs omkeren. Zelf kun je dit niet afdwingen als partij. Sowieso zorg je er dus het beste voor dat je ook een schriftelijk bewijs van de overeenkomst hebt.

Leg afspraken duidelijk schriftelijk vast

Het feit dat een overeenkomst niet ondertekend is, wil nog niet zeggen dat er geen bindende overeenkomst bestaat. Maar als je meent dat je klant je aanbod aanvaard heeft en er discussie ontstaat over de overeenkomst, ligt de bewijslast wel bij jou.

Dfisc Brugge logo

Omgekeerd kan je als dienstverlener gebonden zijn aan een overeenkomst, ook als die niet ondertekend is. En zelfs als er geen schriftelijk bewijs van de overeenkomst is, maar je de opdracht wel aan het uitvoeren bent. Je kan dus niet zomaar onder een overeenkomst uit, enkel en alleen omdat er geen handtekening onder staat.

Zorg dan ook dat je de gemaakte afspraken altijd duidelijk schriftelijk vastlegt en een schriftelijk bewijs hebt van die overeenkomst. Zo vermijd je problemen op het moment dat er discussie ontstaat over de inhoud of de voorwaarden van de overeenkomst.

Hulp of advies nodig?

Heb je hulp of advies nodig bij het opstellen van een goede overeenkomst met je klant? Geef Dfisc een seintje via office@dfisc.be of 050 39 25 23. We helpen je graag om een solide overeenkomst op te maken waarmee je zorgeloos aan de slag kan.

Lees ook: Tips bij de opmaak van een freelance-overeenkomst
Lees ook: Aannemingsovereenkomst